Terwijl Martine haar 169 km aflegt ginder in Japan op de Mount Fuji (met succes want ze heeft die 4 marathons achter elkaar uitgelopen!), ben ook ik mijn lange tocht aan het afronden. Misschien piekerde ik de laatste tijd gewoon te veel. Moet ik maar eens stoppen met piekeren? Ja, eigenlijk wel, ik en piekeren zijn geen goede match.
Feit is dat ik er altijd van uit gegaan ben dat alles wel goed zal lopen. Alles komt altijd wel gewoon in orde. Mijn gezin kon er soms de muren van oplopen, werden gek van mijn eeuwige optimisme. Uiteindelijk kwam ook altijd alles wel in orde: het goede weer op vakantie, het misverstand tussen hun vriendjes, het lang verloren ding werd terug gevonden, alles kwam altijd in orde.
Dit rotsvaste geloof van mij werd met de grond gelijk gemaakt in februari en vanaf dan werd ik een piekeraar. Niet alles komt steeds in orde, wat heb ik mezelf en anderen wijs gemaakt al die jaren? Het heeft me toch enkele maanden gekost om de switch te maken. Ik kon en kan met mezelf niet leven zo 'zwart' denkend. Dit ben ik niet. Het moet maar eens stoppen. Dus heb ik mezelf geleerd te denken:
'Alles komt wel weer in orde en als blijkt dat het zo niet is, dan heb ik er toch alles voor gedaan. Dan moet het maar zo.'
Dus april werd de maand waar ik aan mezelf werkte: Wat wil ik? Hoe wil ik het? Wat ga ik er aan doen om dat dan ook te hebben? Welke 'pijn' heb ik voor over en hoe ver wil ik er nog voor gaan? De loopdraad werd terug opgepikt. Opbouwen en geduldig zijn....met vallen en opstaan...niet ambitieus en ook niet te lui...vandaag slecht is morgen beter...Alles komt wel in orde. De maand april werd de maand dat ik er terug wilde in geloven, adem haalde zonder dat ik me gekneld voelde, dat ik buiten in de zon wou lopen in plaats van in mijn zetel te hangen.
Woensdag kwam ik thuis van het werk en deed onmiddellijk de loopschoenen. O wat ging het slecht. Puffen, zuchten, hartslag maakte bokkensprongen en alles trok tegen. Maar ik moet en zou er 5 lopen, gedaan met de flauwerik uit te hangen. Volledig pissed off kwam ik thuis maar ik had wel de 5km gelopen.
Donderdag, thuisgekomen van het werk, besloot ik opnieuw onmiddellijk de loopschoenen aan te doen. Padi en Manu hielden mij gezelschap. Wat een verschil met de dag er voor zeg! Alles draaide soepel, ik genoot van iedere pas, de hartslag was super goed en Manu en ik tetterden er op los. Deze keer was het een zonnetje dat thuis kwam. 'Mama is er aan het door komen.' zei mijn dochter met pretoogjes en toen besefte ik het, ik heb diep gezeten maar het moet nu maar eens in orde komen. En dit kan alleen door jezelf op te pakken, vooral na een off-day.
Zondag was er de openingswedstrijd van de zeilclub. Padi en ik zouden daar gaan lopen. Maar de vechtlust van donderdag was heel ver te zoeken. Ik negeerde de sporttas die ik had klaar gezet. Aangekomen in Berlare sprak Stefan, de papa van zeiler Jelle me aan.
- Of ik mijn loopkleren mee had want hij wel hoor?! TIK.
- A ja, ik ben toch ook een loper? TIK
- Oe, je hebt ze niet mee, alé jong, zo schoon weer! TIK TIK TIK.
Ik ben terug in mijn wagen gesprongen en ben achter mijn sporttas gereden. We liepen samen 2 toeren rond de Nieuwdonk. Het tempo was 10km/u en mijn hartslag schoot direct naar 176. Ik vroeg niet om te vertragen, vond maar dat ik eens op mijn tanden moest bijten. Laat ik er maar eens een wedstrijdje van maken?
Ik klokte af na 5km, helemaal rood aangelopen, zware ademhaling, hartslag boven 180 maar fier dat ik er 5 gelopen had. Een 5km in 30 minuten...dit was in september mijn trainingstempo...deze 10km/u daar heb ik de marathon van New York aan gelopen...en nu 5km. Ik voelde me een slak maar dan wel een gelukkige. Bedankt Stefan voor de tikjes, ik had ze blijkbaar nodig. En daar bovenop heeft Manu de openingswedstrijd gewonnen.
De maand mei...laat ik hier de loopafstand eens op 15km als einddoel zetten? Alles komt wel weer in orde, alles komt wel weer in orde, alles komt wel weer in orde....
Feit is dat ik er altijd van uit gegaan ben dat alles wel goed zal lopen. Alles komt altijd wel gewoon in orde. Mijn gezin kon er soms de muren van oplopen, werden gek van mijn eeuwige optimisme. Uiteindelijk kwam ook altijd alles wel in orde: het goede weer op vakantie, het misverstand tussen hun vriendjes, het lang verloren ding werd terug gevonden, alles kwam altijd in orde.
Dit rotsvaste geloof van mij werd met de grond gelijk gemaakt in februari en vanaf dan werd ik een piekeraar. Niet alles komt steeds in orde, wat heb ik mezelf en anderen wijs gemaakt al die jaren? Het heeft me toch enkele maanden gekost om de switch te maken. Ik kon en kan met mezelf niet leven zo 'zwart' denkend. Dit ben ik niet. Het moet maar eens stoppen. Dus heb ik mezelf geleerd te denken:
'Alles komt wel weer in orde en als blijkt dat het zo niet is, dan heb ik er toch alles voor gedaan. Dan moet het maar zo.'
Dus april werd de maand waar ik aan mezelf werkte: Wat wil ik? Hoe wil ik het? Wat ga ik er aan doen om dat dan ook te hebben? Welke 'pijn' heb ik voor over en hoe ver wil ik er nog voor gaan? De loopdraad werd terug opgepikt. Opbouwen en geduldig zijn....met vallen en opstaan...niet ambitieus en ook niet te lui...vandaag slecht is morgen beter...Alles komt wel in orde. De maand april werd de maand dat ik er terug wilde in geloven, adem haalde zonder dat ik me gekneld voelde, dat ik buiten in de zon wou lopen in plaats van in mijn zetel te hangen.
Woensdag kwam ik thuis van het werk en deed onmiddellijk de loopschoenen. O wat ging het slecht. Puffen, zuchten, hartslag maakte bokkensprongen en alles trok tegen. Maar ik moet en zou er 5 lopen, gedaan met de flauwerik uit te hangen. Volledig pissed off kwam ik thuis maar ik had wel de 5km gelopen.
Donderdag, thuisgekomen van het werk, besloot ik opnieuw onmiddellijk de loopschoenen aan te doen. Padi en Manu hielden mij gezelschap. Wat een verschil met de dag er voor zeg! Alles draaide soepel, ik genoot van iedere pas, de hartslag was super goed en Manu en ik tetterden er op los. Deze keer was het een zonnetje dat thuis kwam. 'Mama is er aan het door komen.' zei mijn dochter met pretoogjes en toen besefte ik het, ik heb diep gezeten maar het moet nu maar eens in orde komen. En dit kan alleen door jezelf op te pakken, vooral na een off-day.
Zondag was er de openingswedstrijd van de zeilclub. Padi en ik zouden daar gaan lopen. Maar de vechtlust van donderdag was heel ver te zoeken. Ik negeerde de sporttas die ik had klaar gezet. Aangekomen in Berlare sprak Stefan, de papa van zeiler Jelle me aan.
- Of ik mijn loopkleren mee had want hij wel hoor?! TIK.
- A ja, ik ben toch ook een loper? TIK
- Oe, je hebt ze niet mee, alé jong, zo schoon weer! TIK TIK TIK.
Ik ben terug in mijn wagen gesprongen en ben achter mijn sporttas gereden. We liepen samen 2 toeren rond de Nieuwdonk. Het tempo was 10km/u en mijn hartslag schoot direct naar 176. Ik vroeg niet om te vertragen, vond maar dat ik eens op mijn tanden moest bijten. Laat ik er maar eens een wedstrijdje van maken?
Ik klokte af na 5km, helemaal rood aangelopen, zware ademhaling, hartslag boven 180 maar fier dat ik er 5 gelopen had. Een 5km in 30 minuten...dit was in september mijn trainingstempo...deze 10km/u daar heb ik de marathon van New York aan gelopen...en nu 5km. Ik voelde me een slak maar dan wel een gelukkige. Bedankt Stefan voor de tikjes, ik had ze blijkbaar nodig. En daar bovenop heeft Manu de openingswedstrijd gewonnen.
De maand mei...laat ik hier de loopafstand eens op 15km als einddoel zetten? Alles komt wel weer in orde, alles komt wel weer in orde, alles komt wel weer in orde....
Geen opmerkingen:
Een reactie posten